In het kader van het eerder aangekondigde oratieproject is dr. R.H.A. Corbeys oratie besproken, Homo reciprocans: Mauss, Hobbes en Darwin. De bespreking heet Ivoren Archipel en is geschreven door N.G.J. Peeters. Peeters schrijft:
Op 10 februari 2006 aanvaardt Raymond Corbey het ambt van bijzonder hoogleraar in de Theoretische grondslagen van de archeologie door het uitspreken van de rede Homo reciprocans. In deze rede staat de (vermeende) uniciteit van de mens centraal: hoe onderscheidt de mens zich op basis van moraliteit van andere organismen? En wat zijn daarvan de consequenties voor de methoden en de disciplinaire identiteit van archeologie en antropologie? Daarbij richt Corbey zich op een belangrijk aspect van moreel gedrag: wederkerigheid (reciprociteit).
Het opmerkelijke aan deze redevoering is dat zij noch nieuwe feitelijkheden geeft over wederkerig gedrag, noch een nieuwe hypothese postuleert. Ook krijgen wij niet de gebruikelijke synthese voorgeschoteld. Integendeel, Corbey laat zien hoe verschillende lezingen van het woord wederkerigheidillustratief zijn voor onze kijk op menselijk gedrag. Dat klinkt vrij onschuldig, maar Corbey signaleert hier een belangrijke breuklijn in de filosofie, culturele antropologie en de archeologie.
Zowel de oratie van dr. Corbey als de bespreking door Peeters zijn op de website van het oratieproject te raadplegen.