Hoe schrijft Nescio?
Indirect, uitwijkend. Terwijl hij iets zegt ‘draait hij zich verraderlijk om’.
Je kunt het vandaag de dag niet rechtstreeks hebben over zacht koerende duiven in de eeuwigheid.
Dat lukt alleen onopvallend, in het voorbijgaan aan het hoofdthema, de pleziertrein.
Nescio brengt iets vergaands ter sprake door het te verloochenen.
In Een lange dag zit Sam even stil en zegt: ‘God is groot’. Dit kan alleen dankzij de toevoeging: ‘en meteen
reden we de brug op met groot geweld en al die ijzeren balken schoven ons voorbij, zoodat het mij warrelde.’
Waar het lukt om omfloerst te spreken en zo iets indirect te laten blijken, daar is het spreken dichterlijk, om het
even of de manier van spreken prozaïsch of poëtisch is.
Poëtische directheid is niet dichterlijk in deze zin.
Het proza van Nescio wel.
Nieuwsbrief 3: Pleziertrein
Hoe schrijft Nescio?
Indirect, uitwijkend. Terwijl hij iets zegt ‘draait hij zich verraderlijk om’.
Je kunt het vandaag de dag niet rechtstreeks hebben over zacht koerende duiven in de eeuwigheid.
Dat lukt alleen onopvallend, in het voorbijgaan aan het hoofdthema, de pleziertrein.
Nescio brengt iets vergaands ter sprake door het te verloochenen.
Nieuwsbrief 2: Rationality and the Scientific Mind
Met belangstelling heb ik kennis genomen van het gloednieuwe onderzoeksprogramma van de
Faculteit Wijsbegeerte te Leiden, met de voorlopige titel Rationality.
Dit onderzoeksprogramma valt uiteen in drie velden.
In deze Nieuwsbrief beperk ik me tot het eerste.
Kants Kritik der reinen Vernunft in het Nederlands vertaald
Recensie verschenen in de Mare
Het vertalen van Kants Duitse filosofenproza in meer dan 600 kloeke bladzijden is een titanenwerk geweest. Was dit vergeefse moeite – gezien het esoterisch karakter van filosofische teksten in het tijdperk van het snelle beeld en de hapklare informatie? Misschien niet.
De vertaling zal enige tijd de aandacht trekken als salontafeldecoratie. Daarna wordt het stil. Het werk wordt bijgezet in de catacomben van de Kantreceptie. Jaarlijks verschijnen daarbinnen duizenden studies. Vakgroepen en leerstoelen ontlenen hun leven eraan.
De voortgang van de overleveringsindustrie zegt weinig over het belang van deze vertaling. De Kantreceptie bevindt zich in een verstofte uithoek van het informatiebestel. Niemand kijkt er verder naar om. De filosofie is gemarginaliseerd. En dat is met Kant begonnen.
Kants Kritik der reinen Vernunft in het Nederlands vertaald (pdf)
Biotechnologie en bevolkingsgroei – the tragedy of the commons revisited
Lezing voor de Alumnivereniging van de SWR Hendrik Muller Seminaars [28-02-2003]
Wanneer maatschappelijke discussies gevoerd worden over de toelaatbaarheid van genetische modificatie van voedselgewassen, dieren of menselijk erfelijk materiaal, dan past een filosoof bescheidenheid. Het ontbreekt hem aan de middelen en de methoden om aan de discussie iets anders toe te voegen dan just another opinion of the man in the street – afgezien van de academische of diepzinnige saus waarmee hij zijn standpunten overgiet. Hoedt U voor ethici! Zij doen het voorkomen of zij beschikken over deskundigheid met betrekking tot morele of maatschappelijke dilemma’s. Maar die hebben ze niet. Er bestaat geen wetenschappelijk zekergestelde hardcore van onbestreden ethische uitgangspunten.
Wat kan een filosoof wel? Hij is degene die zich in de zijlijn bevindt. Hij neemt aan debatten en reguleringen die gericht zijn op de verbetering van de condition humaine niet deel. Hij beziet met afstandelijke blik wat de deelnemers aan het verhitte debat meenemen aan onuitgesproken gedachten – die binnen het debat met kracht ontkend worden.
Deze afstandelijkheid zal al snel als zwartgallig of nihilistisch bestempeld worden. Inderdaad, de bijdragen van een filosoof helpen het gesprek niet vooruit, maar leveren hoogstens vertraging op. Gelukkig blijft de filosoof zitten in de coulisse van waaruit hij zijn voetnoten plaatst. Hij blijft verder onopgemerkt.
Biotechnologie en bevolkingsgroei – the tragedy of the commons revisited (pdf)
Der Philosoph als Arzt im Zeitalter des ökonomischen Kalküls
Voordracht bij het internationale symposium over Heidegger en Boss [18-20 oktober 2002 – Halle]
Nach dem Zweiten Weltkrieg ist das rechnende Denken für Heideggers Philosophie nicht mehr nur der entscheidende Denkanstoß. Vielmehr bedeutet die Macht des ökonomischen Kalküls eine Bedrohung für seine Philosophie. An welchem Ort ist die Philosophie noch zu Hause, wenn die rechnende Denkart und die kalkulatorische Sprache allumfassend sind?
Nicht nur die Wissenschaften berechnen die Natur und das menschliche Verhalten. Der Mensch wird sogar noch als soziales Wesen ökonomisch gesteuert. Heidegger hat es treffend gesagt: Eine Urlaubsfahrt auf dem Rhein unterscheidet sich nicht wesentlich von dem Wasserkraftwerk im selben Strom. Beiden liegt die gleiche weltwirtschaftliche Organisationsstruktur zugrunde. Entsprechend ist die Kunst das Produkt eines globalisierten Kunstmarktes. In den Zollikoner Seminaren spricht Heidegger davon, dass die heutige Menschheit in die technisch-wissenschaftliche Denkweise als die allein gültige eingerückt sei. Damit hat die Philosophie ihren Ort verloren. Inzwischen gibt es nicht einmal mehr ein Bedürfnis nach Philosophie.
So erhebt sich in den Zollikoner Seminaren die Frage nach der Möglichkeit eines anderen Denkens – nach dem Ende der Philosophie.
Der Philosoph als Arzt im Zeitalter des ökonomischen Kalküls (pdf)
Filosofische vereenzaming
Een reactie op het artikel ‘De eenzaamheid van de Leidse filosofie’ in het Leidse universiteitsblad Mare [10-10-2002]